Hoe de langverwachte belastinghervorming uiteindelijk uitpakt is nog ongewis. Maar de discussie over meer lokale autonomie om belastingen te heffen heeft een onstuitbare beweging in gang gezet. Het is zeer aannemelijk dat de gemeente uiteindelijk meer mogelijkheden krijgt om zelf belastingen te heffen en te innen. Dit hoeft minder onwelkom voor de burger te zijn dan lijkt. Tenminste, als de gemeente dit voortvarend en zonder angst oppakt. Immers; de gemeente is de bestuurslaag die het dichtst op de burger staat en waarvan inkomsten en bestedingen het meest zichtbaar en controleerbaar zijn voor diezelfde burger.
Uiteenlopende heffingen mogelijk?
Lokale democratie en betrokkenheid van burgers zijn gebaat bij fiscale decentralisatie en financiële variatie. In dat kader is het zinvol om uiteenlopende grondslagen van belastingen en heffingen mogelijk te maken, zoals inkomens- of omzetafhankelijke. Waarom zou de gemeente een prima renderende kroeg niet nét iets meer kunnen vragen voor een terrasvergunning dan het noodlijdende restaurant aan de overzijde van hetzelfde plein? En waarom kunnen gemeenten hun inkomsten niet deels baseren op hun demografische profiel? Een woonplaats in een krimpgebied met bovengemiddeld veel ouderen heeft andere voorzieningen nodig dan een jonge groeigemeente. Laat dit weerspiegelen in de aard van de heffing.
De burger als adviseur
Dit alles is alleen mogelijk met de inzet van innovatieve en betrouwbare technologie. Het is zinvol om ondernemers en burgers te laten meedenken over dit soort regelingen en hun uitvoering, voordat de raad zich uitspreekt. Het Rijk maakt volop gebruik van internetconsultatie bij voorgenomen wijzigingen van wet- en regelgeving. Dat kan net zo makkelijk en nog veel directer op lokaal niveau.
De digitale burger verwacht toegankelijkheid
Hetzelfde geldt voor de betrokkenheid van burger en ondernemer bij de inning. De Belastingdienst maakt via internet zijn belofte wáár om ‘het’ makkelijker te maken. De digitale burger van vandaag verwacht dezelfde klantvriendelijkheid en toegankelijkheid van zijn gemeente. Daar wordt al succesvol mee geëxperimenteerd op het gebied van objectregistratie en de WOZ. Burgers worden actief betrokken bij het vaststellen van de waarde van hun woning. Verwerkingsprocessen gaan hiermee (kosten)efficiënter en door de toegenomen en vroegtijdige betrokkenheid van de burger neemt het aantal meningsverschillen af.
Inventarisatietraject met gemeenten gestart
Bovenstaande zaken lijken een hoog politiek risicoprofiel te hebben, maar dat hoeft niet. De werkelijke uitdagingen zijn operationeel en tactisch van aard. De mogelijkheden zijn daarentegen uitgebreid en zijn nog maar in beperkte mate onderzocht. Daarom zijn professionals uit de gemeentelijke overheid, in samenwerking met hun tegenvoeters uit de dienstverlenende sector een uiterst welkom inventarisatietraject gestart om de mogelijkheden in kaart te brengen en de daarmee samenhangende drempels en succesfactoren. De resultaten kunnen uiterst verrassend zijn voor de burgertevredenheid en concurrentiekracht van gemeenten.
Een goed begin is het halve werk
Bestuurders en burgers beginnen idealiter nu al met de voorbereiding op de wetsverruiming die er in één of andere vorm onherroepelijk aan komt. Wie nu begint, kan in kleine, overzichtelijke en risicomijdende stapjes toewerken aan de ideaalsituatie; bestuurlijk, politiek en vooral operationeel.